De 15 beste Sevilla tips voor jouw trip

Deze winter was ik voor de derde keer in Sevilla. Ik vind het een prachtige stad met een hele fijne sfeer. Er is veel geschiedenis en cultuur, altijd leven op straat en je kunt er heerlijk eten voor een goede prijs. Bovendien is het de ultieme winter break; het is er bijna altijd mooi weer!

Het leuke aan Sevilla is dat het oude centrum goed bewaard is gebleven en je er heel duidelijk de invloeden van verschillende tijden en beschavingen terug ziet. Zo zijn er bezienswaardigheden uit de middeleeuwen, renaissance en barok maar valt ook vooral de invloed van de Arabische cultuur op. Eeuwenlang was Spanje namelijk in handen van de Moren en de meeste invloeden uit deze periode zijn terug te vinden in Andalusië, de regio waar Sevilla de hoofdstad van is.

1 | Bewonder een van de grootste kerken ter wereld

Je zou het op eerste gezicht niet zeggen, want Sevilla ligt niet aan zee, maar deze stad was lange tijd een van de belangrijkste havensteden van Europa. Sevilla was de poort naar Latijns Amerika. Hier kwamen het goud en alle andere rijkdommen uit de Nieuwe Wereld binnen. In deze tijd besloot men op de plek waar eerder de belangrijkste moskee van de stad stond, een enorme kerk te bouwen in gotische stijl. Het Patio de los Naranjos, de Puerta del Perdón en de minaret van de moskee bleven gespaard. De Giralda, de 104,5 meter hoge klokkentoren van de kathedraal, werd gebouwd vanaf de minaret van de moskee. Binnen kun je duidelijk zien dat Sevilla een rijke stad was in de tijd dat de kathedraal gebouw werd. In de kathedraal vind je ook het graf van Christoffel Columbus, de beroemdste ontdekkingsreiziger uit deze periode. Er is de afgelopen jaren echter veel gesteggel geweest of hij hier daadwerkelijk begraven ligt.

Een ticket voor de kathedraal en Giralda kost €9 en kun je reserveren via de website.

2 | Voel je een koningin in het Real Alcazar

Het Real Alcazar is samen met de kathedraal van Sevilla de belangrijkste bezienswaardigheid van de stad. Het paleis is het oudste koninklijk paleis van Europa dat nog steeds in gebruik is. Het paleis is gebouwd in de bijzondere Mudéjar stijl, een bouwstijl die werd geruikt in het christelijke Spanje maar sterk beïnvloed werd door de eerdere Moorse cultuur. In de loop van de tijd werd het kasteel uitgebreid met gotische en renaissance elementen. Ook de tuinen van het paleis zijn de absoluut de moeite waard.

Je ticket voor het Alcazar kun je online bestellen. Trek gerust twee uur (of langer) uit voor je bezoek.

3 | Bezoek Sevilla niet in de zomer

Ik noemde het al even; Sevilla is een stad met een fantastisch klimaat. Ik bezocht de stad nu twee keer in de winter en beide keren kon ik ’s middags prima zonder jas naar buiten. Uiteraard is het in de ochtend en avond wel gewoon fris in de winter. En kan het natuurlijk ook best eens een dagje bewolkt zijn of regenen. Wil je zeker zijn van mooi weer? Dan bezoek je stad het beste in het voor- of najaar. Ik raad je niet in de zomer naar Sevilla te gaan. De temperatuur komt dan regelmatig boven de 40 graden.

4 | Tijd voor tapas

Lunchen doe je vanaf 13:00 of zoals de Spanjaarden na 14:00. ’s Avonds openen de restaurants weer om 20:30. Hou je het niet uit tot die tijd? Dan zijn er ook genoeg tapasbarretjes en restaurants te vinden die de hele dag open zijn. Tapas kunnen eigenlijk altijd. Bij veel tapasbars staat buiten een krijtbord met tapasgerechten er op. Populaire tapas zijn croquetas (kroketjes vaak gevuld met ham of kabeljauw), albondigas (gehaktballetjes), boquerones (ansjovis), calamares, chipirones of chocos fritos (gefrituurde inktvis in allerlei vormen en maten), berenjenas con miel (aubergine met honing) en patatas bravas (aardappeltjes). Heb je veel trek? Bestel dan geen tapa maar een racion (een vol bord) of media racion (half bord).

In de straat tegenover de Giralda vind je veel leuke tapasbarretjes met terras, zoals Bar Cathedral Sevilla, Taberna Belmonte en Bodega Santa Cruz.

5 | Verdwaal in de straatjes van de barrio Santa Cruz

Een van de mooiste wijken van Sevilla is de wijk Santa Cruz. Deze wijk ligt tussen de kathedraal en het Real Alcazar in en is een labyrinth van smalle, kleurrijke straatjes en pleintjes. Vanaf 1248 werd deze wijk bewoond door de joodse inwoners van de stad, tot het moment dat zij werden verjaagd door de Katholieken. Je vindt er historische gebouwen zoals het Hospital de los Venerables, een 17e-eeuws barok verblijf voor priesters en bekende pleintjes met sinaasappelbomen zoals het Plaza de Doña Elvira en Plaza de Santa Cruz. Kijk goed om je heen, want er zijn hier veel bijzondere doorkijkjes die een glimp bieden op de mooiste verborgen patio’s.  De wijk is zowel overdag als ’s avonds een bezoek waard. Je vindt er veel flamenco optredens en er zijn ook leuke winkeltjes, barretjes, restaurants en koffiezaakjes.

6 | Neem de bus naar het Plaza de España

Het indrukwekkende Plaza de España ligt buiten de oude stad van Sevilla, maar is absoluut een bezoek waard. Neem de bus, huur een fiets of rijd mee met de Hop on Hop off bus.

Het plein, de gebouwen aan het plein en aantal gebouwen in de buurt waar tegenwoordig consulaten zijn gevestigd werden gebouwd in 1928 voor de Wereldtentoonstelling waarbij Spanje aan de rest van de wereld wilde laten zien hoe goed het land er voor stond. De gebouwen op het plein worden tegenwoordig vooral gebruikt door de overheid. Verder kom je op het plein een fontein tegen en 52 kleurrijke mozaïeken waarop de Spaanse provincies zijn afgebeeld. Ook kun je er een bootje huren en door het kanaal onder de vier bruggen heen varen.  Tijdens mijn laatste bezoek op een woensdagmiddag werd ik er getrakteerd op een live flamenco optreden.

7 | Maak een wandeling in het Maria Luisa Park

Ben je in de buurt van het Plaza de España bezoek dan zeker ook even het Maria Luisa park. Dit prachtige park staat vol met bloemen, sinaasappelbomen, fonteinen en vijvers. Het is een oase van rust in de drukke stad. Vroeger behoorde het grootste deel van het park tot de tuinen van het paleis van San Telmo, in 1893 werd de grond aan de stad geschonken.

In het park vind je ook het Museo Arqueológico en het Museo de Artes y Costumbres Populares. Beiden zijn voor inwoners van de EU gratis te bezoeken.

8 | Proef de lokale keuken

Sevilla barst van de goede, hippe restaurantjes. Je kunt in deze stad echt fantastisch eten voor een prima prijs. Dit zijn mijn favorieten:

• Mechela Bailén – Mechela heeft twee restaurants in Sevilla; Mechela Bailén en Mechela Arenal. Mechela Bailén zit erg verstopt maar het zoeken werd beloond. Je kunt hier heerlijk eten. Het restaurant heeft een open keuken. Ik at er twee lekker gerechten met inktvis en kabeljauw maar er is ook vlees en er zijn verschillende dag specialiteiten. Gerechten vanaf €6.
• La Chala – Leuk informeel restaurantje aan een plein met een groot terras. De desserts zijn hier zó lekker.
• Sacamuelas – Sfeervol restaurant, absoluut niet duur en vriendelijke bediening. Ook hier probeerde ik de inktvis, at ik de Salmorejo (Andalusische variant van Gazpacho) en een kaasplankje met kaas uit de streek.

9 | Laat je meeslepen in de Flamenco

De oorsprong van Flamenco ligt in Andalusië. Sevilla is dan ook de perfecte plek om kennis te maken met deze dans. Je hebt verschillende opties. Het meest low-key is de bar Carbonaria. Hier kun je vanaf 21:30 optredens zien en betaal je alleen voor een drankje. Een andere mogelijkheid is om naar een show te gaan. Bijvoorbeeld La Casa de Flamenco of Museo del Baile Flamenco. Hier betaal je €18 voor een voorstelling van een uur. De basis van de flamenco is de zang. Meestal zijn er ook 1 of 2 danseressen (soms een stel) en een gitarist. In de flamenco muziek zit veel emoties; in de zang zitten veel uithalen en de dans wordt gedanst met serieuze gezichten. Wat mij betreft een bijzondere belevenis!

10  | Steek over naar Triana

Triana is de wijk die aan de andere kant van de rivier ligt. De wijk is bekend om haar stierenvechters, flamengozangers en –dansers en haar keramiek. Je vindt er een paar leuke straatjes. Als je Triana in loopt, ben je waarschijnlijk geneigd om op een van de terrassen links van de brug aan het water neer te strijken maar dit zijn wel een beetje de ‘tourist traps’ (restaurants waar het eten minder is en je te veel betaalt). De beste bars en restaurants van Triana vind je in en achter de Mercado. Bijvoorbeeld La Comidilla, Casa Cuesta of Arrocería Criaito.

Leuk is ook een bezoekje aan het Ceramic Centre. Het is niet heel groot en kost ook maar €2,10. Hier leer je meer over het keramiek en de pottenbakkerijen waar ooit de prachtige tegels werden gemaakt die je overal in Sevilla ziet. Ook kun je hier nog de oude ovens bekijken waarin het keramiek gebakken werd.

11 |  Strijk neer op een van de terrassen aan de Alameda de Hercules

In een oude stad met veel smalle straatjes zoals Sevilla kan het soms lastig zijn om een zonnig terras te vinden. Een plek waar je zeker lekker van de zon genieten is de Alameda de Hercules. Dit is een brede laan met oude berken en veel zonnige terrassen en ook een van de oudste straten van de stad. Leuke plekken zijn El Disparate, Corral de Esquivel en No Piqui.

12 | Bezoek de mercados

Terwijl de foodhallen in Nederland als paddenstoelen uit de grond schieten, kennen ze dit concept in Spanje al jaren. Ook in Sevilla vind je ze en ik bezocht er drie.

• Mercado Lonja del Barranco is de meest hippe en commerciële variant van de drie. Deze foodhall vind je aan het water aan de kant van het centrum bij de brug naar Triana. Er is een groot terras en je kunt hier lekker buiten zitten. Tussen de foodhall en het water zit nog een tweede terras van een bar die bij de foodhall hoort, Sojo Sevilla genaamd.
• Mercado de Triana; als je vanaf de Mercado Lonja del Barranco de brug naar Triana oversteekt, komt je direct aan je rechterkant de Mercado de Triana tegen. De kwaliteit is hier voor mijn gevoel beter. Leuke zaken zijn Arrocería Criaito (paella!), La Casa Fundida (tapas) en het winkeltje met taartjes in de laatste rij.
• Mercado de Feria; deze markt/foodhall ligt wat meer in het noorden van de stad vlakbij de Alameda de Hercules. Ook deze plek voelt iets authentieker dan Lonja del Barranco. Bij Lonja de Feria, een van de kramen in de markt, worden dagelijks twee grote paella schotels bereid, met vlees en met vis. Voor €5 heb je een bord paella en een biertje.

13 | Ga ontbijten bij Cocome

Een Spaans ontbijt bestaat uit toast met tomaat of toast met ham. In Sevilla vind je niet heel veel plekken waar je je dag kunt beginnen met fruit, yoghurt of avocado toast maar bij Cocome kan dat wél!  Ze hebben hier ook gezonde lunch salades. Maar ook de lekkerste huisgemaakt taartjes.

14 | Verken de regio

Sevilla is de hoofdstad van de regio Andalusië; wat mij betreft de mooiste regio van Spanje. Heb je iets langer de tijd in Sevilla, huur dan ook zeker een auto om wat van de omgeving te zien. In een half uur ben je bijvoorbeeld het historische stadje Carmona en op iets meer dan een uur rijden vind je een van de mooiste witte dorpen van Spanje, Arcos de la Frontera. Ook steden als Jerez de la Frontera, Cadiz, Ronda en Cordoba zijn absoluut de moeite waard. Je begrijpt het al; je kunt je in deze regio makkelijk twee weken vermaken!

Ik huurde een auto via Sunny Cars. Wat ik heel fijn vind is dat de prijs bij hen all-in is, dus inclusief verzekering tegen schade aan glas-banden-bodem-dak en diefstal. Ik heb zelf in Nederland geen auto en vind auto rijden in het buitenland soms best spannend maar bij Sunny Cars weet ik dat ik sowieso goed verzekerd ben, geen extra verzekeringen ter plaatse hoef te nemen en ik 24/7 iemand kan bereiken op het noodnummer. Met dat stukje zekerheid durf ik toch die stap uit mijn ‘comfort zone’ te zetten en heb ik de mooiste plekken in Andalusië kunnen bezoeken.

15 | Beleef Driekoningen in Sevilla

Als je van plan bent om Sevilla in de winter te bezoeken is het hartstikke leuk om de Driekoningen optocht mee te maken Dit feest wordt in Spanje groots gevierd en is een beetje te vergelijken met Sinterklaas in Nederland. Op 5 januari is er in de avond een grote optocht waarbij een groot aantal praalwagens voorbij trekt, mensen verkleed zijn en er met snoepgoed wordt gestrooid. De Spanjaarden komen hier goed voorbereid op af met plastic tassen en zelfs omgekeerde paraplu’s om zo veel mogelijk snoep te vangen 🙂